Jongeren en gezinnen hebben het momenteel lastig om een geschikte woning te vinden. Er is een schaarste aan betaalbare woningen, maar ook met een groter budget is het lastig een passende woning te vinden door de hevige concurrentie. Het liefst ziet de jongere generatie dat ouderen uit “hun” woning vertrekken, zodat er plaats gemaakt kan worden. Een deel van de ouderen wil wel verhuizen, maar loopt tegen de uitdaging aan om een geschikte woning te vinden. Daarnaast denken ouderen vaak dat er financieel niet veel meer mogelijk is.

Meer opties dan je denkt
Toch zijn er meer opties dan je denkt. Naast het beperkte aanbod denken ouderen vaak dat ze geen hypotheek meer kunnen afsluiten vanwege de leeftijd. Dat is jammer, want er zijn momenteel zeker mogelijkheden om de aankoop van een andere woning te financieren. Veel hypotheekverstrekkers hebben tegenwoordig namelijk ruimere acceptatievoorwaarden voor ouderen.

Een andere mogelijkheid om te verhuizen, is een woning te huren i.p.v. te kopen. Veel ouderen wegen de kosten van de maandelijkse huur af tegen de zeer lage, of zelfs geen, rentelasten van de huidige koopwoning. Wanneer je daarnaast rekening houdt met de onderhoudskosten, de energielasten en de nood van verduurzaming van de woning, dan kan huren best een goede overweging zijn.

Aanpassingen aan de eigen woning
Wanneer je ervoor kiest om niet te verhuizen, maar in de huidige woning wilt blijven wonen, dan zijn er verschillende mogelijkheden om de woning aan te passen zodat je er ‘oud’ kan worden. Je kan denken aan simpele en goedkope aanpassingen, zoals het verwijderen van vloerkleden of het praktischer inrichten van keukenkastjes. Daarnaast zijn er ook grotere en kostbare verbouwingen, zoals het aanpassen van een badkamer, een slaapkamer op de begane grond creëren of het installeren van een traplift. Om deze kosten te betalen kun je kijken naar de mogelijkheid van een hypotheek, de Blijverslening via het SVN, of de mogelijkheden binnen de WMO van jouw gemeente.

Overwaarde
Doordat de woningprijzen de afgelopen jaren fors zijn gestegen, is de kans groot dat je beschikt over een woning met overwaarde (het verschil tussen de waarde en de eventuele hypotheekschuld). Dit klinkt prettig, maar hoe kun je dit gebruiken? Dat kan door een hypotheek op de woning op te nemen of te verhogen. Zo ontvang je geld dat je kunt besteden aan bijvoorbeeld het leefbaar maken van je woning. Ook kun je denken aan een aanvulling op je pensioeninkomen of je kan eventueel een bedrag schenken aan je (klein)kinderen, zodat zij in de toekomst makkelijker een woning kunnen kopen. De hoogte van de eigen bijdrage voor een verzorgingstehuis is afhankelijk van je inkomen en vermogen. Dat kan ook een reden zijn om de overwaarde of verkoopopbrengst alvast te schenken.

Keuzes
Welke keuze je ook maakt, het heeft altijd een financiële component. Relevante vragen zijn bijvoorbeeld ook wat gebeurt er met de woning als één van de partners overlijdt of naar een verzorgingstehuis gaat? Hoe zit het met de rentevaste periode van de hypotheek of een toekomstige huurverhoging en het inkomen? En welk bedrag van de ontvangen overwaarde kan ik aan mijn (klein)kinderen schenken, terwijl ik zelf ook financieel prettig wil blijven leven?

Vraag advies
Voor al deze vragen is het belangrijk dat er een goede financieel adviseur in de arm wordt genomen. Een gecertificeerd financieel planner kan je helpen inzicht te geven in wat de financiële consequenties zijn van jouw keuze en houdt daarbij ook rekening met jouw wensen.

Want dat ouderen mogelijkheden hebben, dat staat vast!

Ben jij starter en al een tijdje op zoek naar een woning? Of heb je je droomwoning al gevonden? Dan begint (ook) de zoektocht naar financiering. Speciaal voor jou als starter zoomen we in dit artikel in op de belangrijkste aspecten van de financiering van je woning.

Hypotheek
Een huis kopen en dit uit eigen zak betalen is maar voor weinigen weggelegd. Het lenen van geld zal voor de meesten nodig zijn. In de volksmond wordt dit het verkrijgen van een hypotheek genoemd. Juridisch gezien leen je hierbij een som geld, waarvoor je als zekerheid de geldverstrekker het “recht van hypotheek” teruggeeft; het recht om jouw woning op te eisen mocht je de lening niet kunnen terugbetalen.

De meesten financieringen voor een huis worden door een financiële instelling verstrekt. Dit is vaak een bank of verzekeraar. Deze lening krijg je natuurlijk niet zomaar. Voordat een lening wordt verstrekt zal de hypotheekverstrekker je allereerst vragen aan te tonen dat je beschikt over een toekomstbestendig inkomen. Je moet de rente en aflossing immers kunnen betalen. Voor een inkomen in loondienst is vaak een tijdelijk contract mét intentieverklaring of vast contract voldoende. Voor ondernemers geldt gewoonlijk een aantal jaar aan jaarcijfers.

LTI en LTV
In Nederland hebben we rekenregels opgesteld voor de hoogte van de hypotheek die je kan aangaan. Voor een bepaald inkomen is er een maximum bedrag bepaalt dat je uit mag geven aan je woning. In vaktermen wordt dit de Loan-to-income (LTI) ratio genoemd. Daarnaast wordt er gekeken naar de waarde van de woning. Je maximale hypotheek wordt dus ook begrensd door de waarde van de woning. Je mag volgens de rekenregels maximaal 100% van de marktwaarde van je woning lenen; in vaktermen de Loan-to-value (LTV).

Er is echter een uitzondering; heb je verbouwplannen om je woning energiezuiniger te maken én een (gezamenlijk) inkomen van minimaal € 33.000 of meer? Dan is er extra leencapaciteit bij de bank mogelijk tot 106% van de marktwaarde van de woning (met een maximum van € 9.000). Voor diegene met een nieuwe woning die evenveel energie produceert dan dat deze verbruikt (een zogeheten Nul-op-de-meter woning) is er een maximum gesteld van € 25.000.

Woonquote
Naast de LTI en LTV moet de hypotheekverstrekker ook nog rekening houden met de woonquote. Dit betekent dat je vanuit regelgeving maar een maximaal bedrag van jouw salaris mag uitgeven aan woonlasten. Dit is een bedrag bestaande uit aflossing én rente. De bank rekent met de (toets)rente uit welke maandlast en, rekening houdend met de LTI en LTV, welke hypotheek jij mag hebben. In de tijd waarin de rente stijgt zal je dus minder kunnen lenen bij de bank.

Starterslening
Naast financiële instellingen zijn er ook andere partijen die geld willen verstrekken bij het kopen van een eigen woning. Sommige gemeenten bieden aanvullend een starterslening aan. Met de starterslening is het mogelijk om naast je hypotheek een extra lening aan te gaan. Voordeel van de starterslening is dat je de eerste drie jaar hiervan niet hoeft af te lossen en dat je hierdoor die ene woning mogelijk wel kunt kopen. Hierdoor heb je tijd om je salaris te laten groeien voor de latere maandlast van beide leningen (hypotheek en starterslening).

Verduurzaming
De overheid wil het verduurzamen van huizen stimuleren. Daarom zijn er naast financiering ruime subsidiemogelijkheden voor verduurzaming van de overheid. Zo is er namens de Rijksoverheid de ‘Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE)’ en bieden sommige gemeenten lokale subsidiemogelijkheden aan. Online op www.rvo.nl en de website van je eigen gemeente vind je meer informatie over de mogelijkheden.

Een andere vorm: de familiehypotheek
Zoals hierboven al beschreven stellen financiële instellingen strikte voorwaarden aan de financiering. Wellicht dat je ouders kunnen en willen helpen. Een flexibele vorm van financiering is om geld te lenen bij je ouders; de familiehypotheek. Hierin kan je samen bepalen hoe groot je financieringswens is en wat de voorwaarden hiervan zijn. Een familiehypotheek kent echter wel fiscale gevolgen voor zowel jou als je ouders. Een gecertificeerd financieel planner kan je bij deze vorm van financiering helpen en waar nodig doorverwijzen naar een fiscalist en/of notaris.

Eigen geld?
Wanneer jij, of je partner, over een groot vermogen beschikt en dit ook wil inbrengen, dan heeft de aanschaf van de woning gevolgen voor jullie vermogen in de toekomst. Bijvoorbeeld wanneer je gaat trouwen of bij het einde van jullie relatie. Vraag jouw gecertificeerd financieel planner naar de mogelijkheden om deze ongelijke vermogensverdeling goed in kaart te brengen en de verschillende toekomstscenario’s te schetsen alvorens je een hypotheek aangaat.

Conclusie
De financiering van je nieuwe woning kan aardig wat vragen oproepen. Dit artikel heeft je meer inzicht gegeven in de belangrijkste facetten omtrent de financiële aspecten van je eigen woning.
De financiering van je woning is maar één aspect van je financiële plaatje. Belangrijk is of de koop van je woning past in alle andere wensen en doelen die je hebt. Dit vraagt om een integraal financieel plan. Een gecertificeerd financieel planner kan jou hier verder mee helpen. Veel succes met je zoektocht naar een nieuwe woning!

In een vorig artikel hebben we aandacht besteedt aan de achtergrond en theorie van Behavioral Finance. Er zijn op dit gebied talloze voorbeelden te noemen, in dit tweede, en tevens laatste artikel over Behavioral Finance, lichten we er nog twee toe.

Confirmation bias – op zoek naar bevestiging
Velen zullen dit herkennen, wanneer we een keuze hebben gemaakt gaan we op zoek naar iets dat onze keuze bevestigd, dit noemen we confirmation bias (bevestigingsvooroordeel). Stel dat je een belangrijke beslissing over iets hebt genomen en vervolgens zie je twee e-mails in je inbox staan. E-mail 1 heeft als onderwerp “10 argumenten waarom je beslissing GOED is”, de tweede e-mail heeft als onderwerp “10 argumenten waarom je beslissing FOUT is”. Welke lees je en welke verwijder je?

De meesten van ons maken eerst hun keuze en gaan daarna op ‘onderzoek’ uit. En dit ‘onderzoek’ bestaat dan uit het negeren van alles wat het niet met je eens is. In plaats daarvan zoek je naar informatie die jouw, inmiddels al lang genomen, beslissing goedkeurt. Dit is natuurlijk helemaal geen onderzoek, dit is wat we confirmation bias noemen.

Je wilt voorkomen dat je door tunnelvisie een verkeerde beslissing neemt, onderstaand stappenplan kan je hierbij helpen.

  • Zoek iemand die het niet eens is met de beslissing die je gaat nemen.
  • Vraag waarom diegene het niet met je eens is.
  • Luister aandachtig, maar dan wel echt luisteren. Zoals Steven Covey zegt: “luister met het doel om te begrijpen, niet om begrepen te worden.”
  • Luister net zolang tot je de ander begrijpt.

De rol van een financieel planner
Klinkt simpel toch? In de praktijk blijkt het toch wat lastiger, het zou namelijk zomaar kunnen zijn dat je moet concluderen dat je het fout had. En dat valt niet voor iedereen mee. Een financieel planner kan hier een belangrijke rol in spelen, een goede adviseur gaat niet klakkeloos mee in ieder voorstel wat je op tafel gooit en geeft dus ook wel eens een ‘nee’ als advies. Vraag dan waarom en luister.

Action bias – het gevoel van iets moeten doen
Ook dit is een bekende valkuil, veel mensen hebben de drang om iets te moeten doen als de beurs daalt. Vergelijk dit met een voetbalkeeper die een penalty moet proberen te stoppen, wat kan hij het beste doen? Uiteraard is hier onderzoek naar gedaan. Bijna iedere keeper (95%) duikt naar een hoek, uit het onderzoek (van Bar-Eli & Azar) bleek dat een ‘duikende’ keeper een kans heeft van 15% om de penalty te stoppen. Dat is ongeveer 1 op de 7 penalty’s. Van alle onderzochte penalty’s bleek dat er 29% door het midden werden geschoten. Door niets te doen vergroot je dus je kans om een penalty te stoppen van 1 op 7 naar ongeveer 1 op 3. Waarom zoveel keepers dan toch duiken? Instinct, het gevoel van iets moeten doen, ook al weet je dat het je kansen niet vergroot.

Bij beleggers zien we dit ook, als er op de beurs iets gebeurt, dan is het instinct om iets te doen zoals kopen of verkopen. Uit onderzoek blijkt echter dat niets doen, hoe onnatuurlijk dit ook voelt, veelal het beste resultaat oplevert.

Vraag advies
Wil je meer weten over behavioral finance of hoe je verstandig kan beleggen zonder in (emotionele) valkuilen te trappen? Neem dan contact op met een CFP-Professional want hij/zij heeft de nodige vakkennis in huis en kan je verder informeren.

Jarenlang leefden we in de overtuiging dat in de wereld van financiën en beleggen vooral rationale beslissingen werden genomen. Inmiddels weten we wel beter, de afgelopen decennia is er dan ook veel onderzoek gedaan naar ons gedrag op het gebied van beleggen. Dit vatten we ook wel samen onder het begrip “Behavioral Finance”. In dit tweeluik wordt uitgelegd wat Behavioral Finance is, in het eerste deel ligt de aandacht op de achtergrond en theorie. In het tweede deel komen voorbeelden aan bod die velen vast zullen herkennen.

Homo Economicus
De (economische) wetenschap gaat er in de basis vanuit dat wij als mensen rationele afwegingen maken om zo een keuze te maken die voor ons het beste uitpakt. Ook wel de homo economicus genoemd. Dit was een tijdlang het overheersende idee in de economie, maar laten we het maar direct op tafel leggen…wij zijn niet rationeel.

Emotie is je grootste vijand
De grootste impact op je resultaat komt door je gedrag tijdens stressmomenten. Vele onderzoeken (bv. van Dalbar) laten zien dat beleggers de grootste vijand zijn voor een goed rendement. Paniek, angst, kuddegedrag en het vergelijken zijn hier een paar voorbeelden van. Gemiddeld behalen beleggers nog niet eens het rendement van een spaarrekening. Ze verkopen te snel, kopen te laat, of handelen te veel. Dit is bijna altijd te wijten aan de emotie. Maar die kun je onder controle houden.

Onderstaande tekening is van Carl Richards (google hem maar eens, hij heeft veel van dit soort schetsjes gemaakt). Deze tekening vat het eigenlijk wel mooi samen. Hij noemt het verschil tussen de beleggingsrendementen en de rendementen die de belegger zelf maakt, de behavior gap. Veroorzaakt door de belegger, en helaas is het verschil per definitie negatief.

Volgens Dalbar, wat onderzoek doet naar het gedrag van beleggers, realiseert de gemiddelde belegger 4,5% slechter dan de markt. Dit wordt ook bevestigd door talloze andere onderzoeken én praktijkervaring. Het gedrag van beleggers is onlogisch en vaak emotioneel gebaseerd, wat leidt tot onverstandige beleggingsbeslissingen voor de lange termijn. Enkele van de meest voorkomende fouten zijn:

  • Instappen wanneer de beurs al een tijd aan het stijgen is. Dit druist in tegen de aloude beleggingswijsheid: buy low, sell high.
  • Overreageren tijdens onzekere tijden (De mens lijdt het meest aan het lijden dat hij vreest).
  • Zelfoverschatting, op een gegeven moment gaan we geloven dat we zelf de toekomst kunnen voorspellen. En zoals Mark Twain ooit al zei: “Voorspellen is moeilijk, vooral als het om de toekomst gaat.”

Het snijvlak van psychologie en beleggen duiden we dus aan als Behavioral Finance.

We zijn misschien niet in staat om onze aangeboren neigingen volledig te overwinnen, maar als we ons hier bewust van zijn en van hun triggers, dan zouden we slechte beslissingen kunnen verminderen. Media (financiële media en algemene media) zijn bijvoorbeeld doelbewust ontworpen om mensen emotioneel geladen te houden. Het doel is om individuen afgestemd te houden op een bepaald station of geabonneerd te houden op een tijdschrift en/of krant.

Wanneer je bij het nemen van financiële beslissingen de impact van jouw emotie zoveel mogelijk wil controleren, probeer dan onderstaande tips eens te volgen:

  • Temper je enthousiasme in goede tijden.
  • Word optimistischer als de dingen er slecht uitzien.
  • Volg het nieuws minder.
  • Houd je aan je, financiële plan.

Dalbar voert dit onderzoek overigens al jarenlang uit, en resultaten tonen dat de ‘behavior gap’ langzaam maar zeker iets kleiner wordt. Zou dat dan komen omdat steeds meer mensen beleggen met de hulp van een CPF-professional?

Wil je meer weten over behavioral finance of hoe je verstandig kan beleggen zonder in (emotionele) valkuilen te trappen? Neem dan contact op met een CFP-Professional. Hij/zij heeft de nodige vakkennis in huis en kan je verder informeren.

Als ouder herken je dit waarschijnlijk wel, je kind koopt iets op het internet en heeft er al gauw spijt van. Je zoon of dochter heeft zich laten verleiden tot een ongewenste aankoop. ‘Bedwing de bling’ is het thema van de Week van het Geld, waarin overheid en onderwijs samenwerken om kinderen voor te lichten over geld.

Bedwing de bling
Hoe kun je de verleiding weerstaan om die hippe sneakers te kopen of dat mooie jack, waarbij je 10% korting krijgt als je de naam van die bekende influencer noemt? Uit onderzoek van de Stichting Wijzer in Geldzaken, die de Week van het Geld organiseert, blijkt dat maar liefst 80% van de kinderen die meededen aan dat onderzoek, het moeilijk vindt om de verleiding te weerstaan. De kans dat jouw kind last heeft van die verleiding op social media is dus groot. Influencers hebben een enorme invloed op het koopgedrag van kinderen, 7 op de 10 basisschoolleerlingen (tussen 8 en 12 jaar) vinden het geweldig om producten te kopen die een influencer aanbeveelt. Bijna een kwart heeft daarna spijt van zijn of haar aankoop.

Leren omgaan met geld
Deze week staan we stil bij al die verleidingen. Wat kun je daar als ouder tegen doen? Belangrijk is het je kind al vroeg ‘mee te nemen’ met wat geld voor je kan betekenen. Dit begint al met het geven van zakgeld. Starten met kleine bedragen tijdens de basisschoolleeftijd helpt kinderen bewust te worden van de werking van geld. Kleine bedragen die mogen worden uitgegeven maar die deels ook moeten worden gespaard, vergroot de bewustwording en dat is heel belangrijk. Wanneer kinderen naar de middelbare school gaan, spelen andere zaken weer een rol, bijvoorbeeld het zelf betalen van kleding en/of een telefoonabonnement. Je kind een eigen bankrekening geven en hen hiermee om laten gaan, de stap van contant naar digitaal geld. Alles speelt een rol.

Financiële gezondheid
Op de basisschool en vervolgens de middelbare school wordt de basis gelegd voor de financiële gezondheid van je kind. Maar daar houdt het niet op. Nadrukkelijk houdt de Week van het Geld zich ook bezig met MBO-studenten. Uit onderzoek blijkt dat 30% van deze groep het lastig vindt om zich te wapenen tegen de neiging om impulsaankopen te doen; dit blijkt online meer het geval te zijn dan in een fysieke winkel. Maar liefst 8 op de 10 heeft weleens spijt van recente aankopen. Zodra je kind 18 is, komt ook de eigen inkomstenbelasting in beeld. Met de mogelijkheid van belastingteruggave. 4 op de 10 jong volwassenen doet geen aangifte inkomstenbelasting en mist zo dus belastingteruggave.

Wat kun je als ouder doen?
Leer je kind omgaan met geld. Begin al op de basisschoolleeftijd met zakgeld en sparen. Praat met je kind over geld. Begeleid je kind met uitgaven en inkomsten. Wijs ze op de gevaren van reclame en influencers, en van het online geld uitgeven. Leer ze omgaan met een betaalrekening en mogelijk een spaarrekening. En blijf ze coachen, ook als ze vervolgonderwijs krijgen.

Leer je kind omgaan met de korte- en de lange termijn, met nu uitgeven en genieten maar ook met sparen voor later.
Een CFP gecertificeerd financieel planner kan je helpen met slimme en goede ideeën voor je kind te formuleren om zo een gezonde balans te creëren.

Cryptocurrencies (zoals een Bitcoin, Ethereum en Tether) blijven iets magisch en mysterieus hebben, maar wat is nu precies een cryptocurrency of cryptomunt?

Allereerst is een cryptomunt geen wettig betaalmiddel en is dus geen geld zoals de Euro dat voor ons is. We rekenen dan ook niet in cryptomunten. Maar wat is het dan wel?

Je zou een cryptomunt kunnen omschrijven als een vermogenstitel, die digitaal wordt bijgehouden in een blockchain of distributed ledger. Direct veel vaktaal: Wat is een vermogenstitel, een blockchain of distributed ledger? Dus in eenvoudige taal: een soort van geld dat digitaal wordt aangehouden op bijvoorbeeld een rekening (wallet genoemd). De digitale rekening, aangehouden in een cryptovaluta, kan per seconde snel in waarde stijgen of dalen (volatiliteit) en je weet als houder van een dergelijke wallet niet of je ook wordt terugbetaald. Er is geen toezicht van de centrale bank op tegoeden van cryptomunten, laat staan dat er sprake is van een zogenaamde garantieregeling.

Het openen van een rekening in cryptomunten kent dus in ieder geval twee grote risico’s: je weet niet wat er gebeurt met de waarde en je weet niet of er wordt terugbetaald.

Waarom zou je beleggen in cryptomunten?
Er is in de bellegingsliteratuur nog weinig bekend over dit fenomeen, net zoals dat was in de jaren ’70 en ’80 toen het beleggen in aandelenopties in opkomst was.

Hoe kun je nu iets leren over dit nieuwe fenomeen?
Door het gecontroleerd te proberen, kom je erachter hoe het werkt en wat het doet. Schaf bij een betrouwbaar walletbedrijf een eigen wallet aan, voor een bedrag dat je echt over hebt, bijvoorbeeld: €500. Schaf 10 verschillende cryptomunten aan (voor elk €50) en volg deze ‘belegging’ voor zo’n 6 maanden (door bijvoorbeeld elke dag of week te kijken wat er gebeurt met elke cryptomunt). Zo bouw je ervaring op met je wallet en je ‘belegging’. Het is leuk om dat met een aantal mensen te doen en de wallets van elkaar te vergelijken.

Leren door te doen of inductief / experimenteel leren.
De vorm van leren door te doen (is ervaringsleren) is een manier om te begrijpen hoe cryptomunten werken en je bent maximaal €500 kwijt als het mis zou gaan (een bedrag van een weekendje Parijs met zijn tweeën).

Zo ben ik zelf op deze wijze begonnen met een ‘belegging’ van €500 en na 8 maanden was die zo’n €600 waard (met zelfs een top op €900): Met een effectief rendement van ruim 30% op jaarbasis.

Wat heb ik ervan geleerd?
Wordt niet inhalig, ga niet verkopen op het moment dat je wallet op €900 staat, en koop er ook geen extra cryptomunten bij. Het is een beetje hetzelfde als bij een casino, blijf beheerst! Dus een gecontroleerd experiment (met bijvoorbeeld €500), onder begeleiding van een CFP-professional is aan te raden, om kennis op te bouwen.

Advies
Voor het serieuze beleggen met grotere bedragen, voor het zeker stellen van je pensioen, het eerder stoppen met werken of het financieren van de studie van je kinderen, zou ik niet adviseren om dat in Cryptomunten te doen.

Hiervoor kun je beter andere stabielere beleggingsinstrumenten overwegen, waarvan de CFP-professional de nodige vakkennis in huis heeft. Zowel qua financiële techniek, fiscaal, als qua planning in de tijd.

Dus een antwoord op mijn vraag: Kun je eigenlijk wel beleggen met Cryptocurrencies? Niet doen!
Wil je meer weten, ontwikkel dan je kennis met een gering bedrag, bij een veilige aanbieder van een wallet. We kennen allemaal het FOMO-principe (Fear Of Missing Out) en misschien ook wel het gedrag om niet te kunnen stoppen in een casino; mijn advies is om je niet aan dergelijke ‘animal spirits’ over te geven als het om serieuze beleggingen gaat!

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Jan Jansen, hoofddocent Economie verbonden aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen (HAN), richting accountancy.

Liefde op het eerste gezicht. Dat is mooi. Liefde maakt blind. Dat is minder mooi. Als je verliefd bent en wilt gaan samenwonen of trouwen, dan zijn de vlinders in je buik meestal dominant. Toch is het goed om dan al stil te staan bij de zakelijke kant van een relatie, hoe vervelend dat misschien ook is. Want daar heb je helemaal geen zin in, maar juist dan is het slim om goede afspraken met elkaar te maken.

Hoe ga je om met de kosten van je toekomstig huishouden? Hoe wil je omgaan met het verdelen van inkomen? Hoe zit het met vermogen, wat wil je daarmee? Misschien heeft een van jullie al een eigen huis? Of, een van beiden heeft kinderen? Of jullie hebben eerder een andere relatie gehad? Het zijn allemaal situaties die vragen om goede afspraken voor de toekomst.

Samenwonen
In Nederland kennen we drie ‘hoofdsmaken’ als het gaat om samen te zijn. Je kunt ervoor kiezen om zo weinig mogelijk ‘aan elkaar vast te zitten’. Dan ga je samenwonen. Je kunt natuurlijk gewoon bij elkaar intrekken en dan gezamenlijk de huur betalen. Als je gaat samenwonen, leg dan vast in een samenlevingscontract hoe jullie je huishouden willen inrichten. Hoe ga je om met de kosten van de huishouding? Wat spreek je af als je uit elkaar gaat? Wat moet er gebeuren als een van jullie beiden komt te overlijden? Mag je dan in het huis blijven wonen? Krijg je een partnerpensioen? Het zijn zaken die je onderling afspreekt en vastlegt, zodat je voor en met elkaar de zaken goed regelt.

Trouwen
Natuurlijk kun je er ook voor kiezen om te gaan trouwen. Dan zijn heel wat zaken automatisch geregeld. Bijvoorbeeld als er kinderen komen. Jullie zijn dan ‘automatisch’ de wettelijke ouders. En als je niets regelt en trouwt, dan geldt de beperkte gemeenschap van goederen. Alles wat je aan bezit krijgt in de huwelijkse periode is van jullie samen. De bezittingen, maar ook de schulden. Had je zelf al vermogen voordat je gaat trouwen, dan is het zaak om dat goed vast te leggen. Want wat je had vóór het huwelijk, blijft in principe van jou. Een uitzondering op dat gezamenlijke is een erfenis die je krijgt of een schenking. Die is van jou privé en valt dus niet in de gemeenschap. Nu kan het zijn, dat je andere afspraken wilt maken dan wat er wettelijk is geregeld. Dat kan. Dan stel je huwelijksvoorwaarden op bij de notaris en leg je de afwijkende afspraken vast.

Geregistreerd partnerschap
Een bijzondere tussenvorm is het geregistreerd partnerschap. Dat gaat verder dan samenwonen met een samenlevingscontract en net iets minder ver dan getrouwd zijn, al is het bijna hetzelfde. Ook daar geldt de beperkte gemeenschap van goederen als standaard.

Wanneer een relatie eindigt
Een relatie eindigt altijd. Meestal door overlijden en in belangrijke mate ook door echtscheiding. In beide gevallen is het zaak ook ‘einde relatie’ goed geregeld te hebben. Bij overlijden: hoe blijft de nabestaande goed verzorgd achter? Is er een pensioen? Is er vermogen? En bij echtscheiding: hoe regel je de zorg voor de kinderen, hoe regel je dat je beiden weer ergens kunt wonen, hoe ga je om met inkomen en alimentatie en hoe regel je het pensioen voor elkaar?

Allemaal vraagstukken die je beter kunt regelen als je goed met elkaar bent. Of je start met samenwonen of al een tijd samenwoont, het is raadzaam om eens in de vijf jaar te checken of je alles nog wel goed geregeld hebt. Een financieel planner met het CFP-keurmerk kan je daar uitstekend bij helpen.

Wat doe je als er iets mis is met je computer? Dan bel of app je iemand om je te helpen. En als je een lek hebt in de badkamer? Hoe handig is het niet als je ‘een mannetje’ hebt om dingen voor jou op te lossen? Dus, zou zo’n ‘mannetje’ of ‘vrouwtje’ ook niet handig zijn voor je financiële vragen?

Hypotheek
We kennen het allemaal wel. Je moet je hypotheek gaan aflossen of iets aan die hoge hypotheekrente doen. Heeft het zin om over te sluiten, zodat we een lagere rente betalen? En, wat kost dat dan? Heeft dat zin? En moet je wel of niet (extra) gaan aflossen?

Ziekte of werkloosheid
Of, we vragen ons af of we wel voldoende geld hebben om plotselinge ziekte of werkloosheid op te vangen. Of nog erger, wat als iemand komt te overlijden? We weten wel dat Nederland een redelijk sociaal land is, we zullen niet zomaar in de problemen komen…toch? Maar ja, het is misschien wel fijn om te weten of we het goed geregeld hebben.

Pensioen

En ja, dan is er nog dat pensioen. Dat is voor later. Maken we ons nu niet druk om. Zou het misschien toch niet handig zijn als er een ‘mannetje’ of ‘vrouwtje’ ons even wakker zou schudden? Om ons te vertellen dat het slim is om toch maar wat meer te beleggen in de pensioenpolis, zodat we straks niet op een houtje te hoeven bijten? En dat je met een kleine inspanning nu, straks grote problemen kunt voorkomen?

Vermogensopbouw
Of dan die grote verhalen over de crypto’s. Missen we de boot of zijn er slimme en gedegen (andere) manieren om je vermogen te laten groeien en zelf een buffer op te bouwen? Om straks het huis te verbouwen of iets leuks te kunnen doen voor de kinderen?

Een financieel planner helpt je verder..!
Het zijn allemaal vragen die ons bezighouden en waar we niet direct zin in hebben om erin te duiken. En dat is nou precies de clou. Wat? Jazeker, dat is precies de clou waarom je financiële zaken zou moeten bespreken met je financieel planner.

Hij is dat mannetje of vrouwtje, die je gemakkelijk even op weg helpt, ervoor zorgt dat je geen financiële stress hoeft te hebben en ervoor zorgt dat geld niet je vijand is maar je bondgenoot.

Waarom je financiële zaken bespreken met een gecertificeerd financieel planner? Wie wil er nou niet een mannetje of een vrouwtje dat je bijstaat met raad en daad? Neem daarom eens vrijblijvend contact op met een gecertificeerd financieel planner.

De wereld staat op zijn kop en dan is het de vraag natuurlijk hoe je alles geregeld hebt op financieel gebied. Nu de overheid steeds meer zelfredzaamheid van de burger verlangt op het gebied van hoge energielasten, pensioen, zorgkosten en loopbaanonderbreking, is zo’n financieel totaalplaatje meer dan ooit van belang.

Ver vooruit

Het probleem is dat de consument er veelal nog achter moet komen dat zo’n totaaladvies nodig is. Deels is dat toe te schrijven aan de menselijke aard, deels aan het feit dat advisering in het verleden vooral werd vertaald naar specifieke financiële producten. Uit de gedragswetenschap blijkt immers dat mensen van nature moeite hebben met ver vooruit plannen. In de praktijk betekent dit dat slechts één op de vijf Nederlanders (22%) op financieel gebied verder dan tien jaar vooruit kijkt en dat wij nog steeds pas op zoek gaan naar advies als er concreet aanleiding toe is. 
Bijvoorbeeld, wat zijn de gevolgen als je plotseling je baan zou verliezen en tijdelijk geen of minder inkomen hebt. Ander voorbeeld is dat er een kind op komst is, waardoor we ons gaan afvragen of we misschien een overlijdensrisicoverzekering moeten afsluiten of dat de bestaande dekking wellicht moeten herzien.

Verkenning in de breedte

Dit soort ‘life events’ zijn vaak de prikkel. Er zijn maar weinig consumenten die zomaar denken: ik ga eens een financieel plan laten opstellen. Maar een planner kan je ook adviseren over de hypotheek of overlijdensrisicoverzekering die het beste bij je past. De planner is een generalist, maar de meesten hebben zich ook verdiept in een bepaald onderwerp. Hij of zij kijkt niet alleen wat je maximaal kunt lenen en of je de rente en aflossing kunt opbrengen  maar informeert ook naar andere wensen, plannen en prioriteiten om zo de hypotheek goed af te kunnen stemmen op andere factoren: de wensen, risico’s en doelstellingen voor de lange termijn.

Bovenwettelijke kennis

Anders dan een verzekeringsagent, hypotheekadviseur of vermogensbeheerder is de planner geen productadviseur. De kennis van de gecertificeerde financieel planner reikt dan ook verder dan de door de Wet financieel toezicht (Wft) gestelde eisen. Die bovenwettelijke kennis wordt geborgd doordat gecertificeerde planners zich continu moeten laten bijscholen. Idealiter fungeert de financieel planner als een spin in het web. Je kunt het vergelijken met het bouwen van een huis. De financieel planner is de architect; daarna krijg je te maken met aannemers en onderaannemers, de productbemiddelaars en specialisten. De planner zorgt ervoor dat de juiste mensen aanschuiven om jou van het relevante specialistische advies te voorzien. En als de consument een “one-stop-shop” wil, kan de planner desgewenst ook de benodigde producten afsluiten. Maar daar blijft het niet bij. Financiële planning is niet de situatie van één moment, maar een continu proces. Een productadvies bekijkt de situatie als een foto, terwijl planning meer te vergelijken is met een film. Een film waarin enkele flashbacks zitten maar meer nog vooruit wordt gekeken. Zo stuurt de planner steeds bij, aan de hand van wat er aan jouw persoonlijke situatie verandert en aan veranderende regelgeving en omstandigheden in de markt.

Gedragswetenschap

Slechts één op de vijf Nederlanders kijkt dus op financieel gebied verder dan tien jaar vooruit. Toch zullen veel consumenten nog worden afgeschrikt door de kosten van een financieel planner, zeker als er geen directe prikkel is om advies in te winnen. En als een planner op deelgebieden ook nog het advies van specialisten inwint, lijkt het snel een heel dure exercitie. Je zou het ook kunnen omschrijven als een investering, in plaats van een kostenpost! Een financieel plan kan je behoeden voor kostbare fouten omdat alles in samenhang wordt bekeken. Een accountant alleen is niet genoeg want die kijkt vaak alleen achteruit, terwijl een planner vooruit kijkt. Wie nu investeert in een financieel plan, bespaart in de toekomst misschien wel hetzelfde per jaar. En mogelijk blijkt tevens dat er meteen al een financieel voordeel behaalt kan worden doordat er bijvoorbeeld jaren al niet meer naar de financiële situatie is gekeken en blijken bepaalde (dure) polissen eigenlijk helemaal niet meer nodig te zijn. Nu is het zo dat vier op de tien Nederlanders zegt soms wel eens wakker te liggen wegens zorgen om geld. Een goed financieel plan biedt de consument overzicht en inzicht, en dat geeft (financiële) rust.

Maatwerk

Plannen is maatwerk! Een totaalplaatje is niet te vangen in uitsluitend vragenlijstjes. Veel hangt af van persoonlijke voorkeuren en behoeftes. De onderdelen zijn wel kwantificeerbaar maar de
samenhang is sterk afhankelijk van de menselijke, emotionele factor. De meerwaarde van de planner is dat hij of zij doorvraagt, alle puzzelstukjes goed op elkaar afstemt en de ontwikkelingen blijft volgen. Was de planner vroeger veel tijd kwijt met het ordenen van de spreekwoordelijke schoenendoos, nu kan de consument redelijk makkelijk de benodigde gegevens met betrekking tot de diverse vermogensbestanddelen, belastingaangiftes en pensioenopbouw overleggen. Dat bespaart tijd en dus ook geld. Tevens kan tegenwoordig gebruik worden gemaakt van de nieuwste communicatievormen, zoals bijvoorbeeld Skype, waarmee je op afstand elkaar kunt spreken. Wel zo handig in dit soort tijden. De financieel planner kan tegenwoordig veel sneller overgaan tot zijn eigenlijke werk: het verschaffen van overzicht, inzicht en financiële rust. Interesse hierin? Neem dan contact op, om de mogelijkheden te bespreken.

Het jaar 2023 is begonnen met een aantal belangrijke veranderingen voor ondernemers. Dat geldt zowel voor ondernemers die een eenmanszaak hebben als voor ondernemers met een eigen BV.

Wat is er veranderd voor de eenmanszaak?
De overheid wil de fiscale voordelen van ondernemers aan banden leggen. Zo wordt bijvoorbeeld de zelfstandigenaftrek in stapjes verlaagd. De zelfstandigenaftrek betekent een aftrekpost voor de inkomstenbelasting als je aan een aantal voorwaarden voldoet. Je bent ondernemer voor de inkomstenbelasting, je werkt minimaal 1225 uur per jaar in je onderneming en je hebt op 1 januari van het betreffende jaar nog niet de AOW-leeftijd bereikt. Als je daaraan voldoet, mag je een bedrag aftrekken van je bruto winst. Over dat bedrag betaal je dan geen belasting. In 2022 was dat nog € 6.310, dit jaar is dat nog maar € 5.030. Dat scheelt dus al fors. Over een paar jaar wil de overheid toe naar een aftrek van € 900. Het wordt dus steeds minder interessant.

Er is nog iets dat is veranderd: de FOR. Eigenlijk is dat de aftrek voor de ‘Oudedagsreserve’, vroeger heette dat Fiscale Oudedagsreserve en vandaar dus de afkorting FOR. Je mocht een bepaald bedrag per jaar ‘doteren’ aan de FOR. Dat betekent niets anders dan over een bepaald bedrag in enig jaar geen belasting betalen en dat bedrag op de balans reserveren om er op een later tijdstip wél belasting over te betalen. Niet alle ondernemers hadden in de gaten dat het uitstellen van belasting was en sommigen dachten zelfs dat het een echte pensioenvoorziening was. Helaas, dat was niet zo. Doteren aan de FOR mag niet meer in 2023. Heb je als ondernemer nog een FOR op de balans staan, dan mag je die regulier afwikkelen. Dat betekent: vrij laten vallen als je stopt met je zaak en dan er dus belasting over betalen of (een deel van) het bedrag storten in een lijfrenteverzekering of op lijfrentebanksparen. Als je dat doet, reserveer je echt geld voor later en is het niet alleen maar een boekhoudkundige handeling waarmee je alleen maar belasting uitstelt.

En voor de ondernemer met een BV?
Het leek allemaal zo mooi, de vennootschapsbelasting werd steeds lager en lager. Vorig jaar betaalde je zelfs over de eerste € 395.000 winst slechts 15% vennootschapsbelasting in de BV. Dat is nu wel even anders. Dit jaar is het plafond voor het laagste tarief € 200.000. Tot dat bedrag betaal je ook nog eens meer: 19%. Een behoorlijke verslechtering.

En wat te denken van het salaris van de eigenaar van de BV, de directeur/grootaandeelhouder ofwel dga? Het ‘gebruikelijk loon’ zoals dat heet is verhoogd naar € 51.000. Een dga wordt geacht minimaal dat bedrag te verdienen. Tenzij een ander salaris gebruikelijk is in de branche, tenzij een medewerker meer verdient. Tot nu toe gold een ‘doelmatigheidspercentage’ van 75%, een prachtige benaming waarmee wordt bedoeld dat als je best verdienende medewerker bijvoorbeeld € 100.000 verdiende, je als dga jezelf tevreden mocht stellen met € 75.000, 75% hiervan. Dat doelmatigheidspercentage is nu 100%. Dat is ook een behoorlijke verslechtering.

Kortom, de overheid heeft het voor ondernemers in 2023 minder aantrekkelijk gemaakt. En, hoe je hier nu het optimum zoekt, en of je bijvoorbeeld beter een eenmanszaak of een BV kunt hebben, dat kan een gecertificeerd financieel planner met het CFP-keurmerk prima voor je uitrekenen.